Utrecht - Oudegracht - Achter Twijnstraat - pand Wijk B, nr 1250000.0011

 

 Literatuur

 

- Tentoonstelling Utrechts Oude Gracht. Gids, tevens bevattende de oude namen van de grachthuizen. Centraal Museum, 25 april - 6 juni 1948. Utrecht (Utrechts Monumentenfonds). [30 blz. ISBN -]. Hierin: blz. 25 ("Oudegracht 421: 'Het Roggenbrootskind' (uithangbord 1729)" - dit is de relevante tekst volledig. Uit de literatuur blijkt welk pand hiermee is bedoeld - jp0216)

 

- Hazewinkel, H.C., "Lakmoesindustrie in Oud-Utrecht". In: Jaarboekje van Oud-Utrecht, 1928, blz. 168-194   (met o.a. overzicht industrieën Achter Twijnstraat en Twijnstraat aan de Werf. Hierin na blz. 194, kaart 2: "C- De broodbakkerij van Hendrik van Meekeren",
met in de kaart van 1801 de locatie, voor de nadere plaatsbepaling vergeleken met het kadastrale minuutplan uit ca 1832)

- Schaik, C. van, Overlangbroek op de kaart gezet. Dorp, landschap en bewoners, waaronder een familie De Cruijff, deel in de serie 'Historische Reeks Kromme-Rijngebied', nr 8. Hilversum (Verloren) & Houten (Historische Kring Tussen rijn en Lek), 2008 [655 blz. ISBN 9087040768].
Hierin in de "Genealogie van de familie De Cruijff": blz 422 ("5 okt 1682; Steven Andries van Odijck, backer en borger te Utrecht, transporteert aan Aelbert de Cruijff, mede backer en borger, een huijsinge aan de zuidzijde van het Keij of Molensteegje, daer tegenwoordig Hermannus Verweij noortwaerts naast geerft is, met de losse toonbank en voetenbank. HUA St. Arch Utr. II. Klappers transp en plechten"), 423 ("21 maart 1698; Aelbert de Cruijff, deser stads borger en backer, en Huyberta Verweij, echtelieden benoemen de langstlevende van elkaar tot voogd over hun minderjarige kinderen. HUA Not U93a34 akte 46")
ook 423 ("7 febr 1701; Johanna Breijer, weduwe Gerardus Dompselaer, transporteert op Aelbert de Cruijff, borger en backer binnen Utrecht, seekere camer erve en grond aan de suijt sijde van het Molensteegje achter 'tWijstraat." HUA Klapper Transporten en plechten stad Utrecht),
426 ("Johannes de Cruijff, borger te Utrecht, bakker aan de westzijde van de Oudegracht op de zuidhoek van het Kei- of Molensteegje daar het 'Roggebroodskind' uithangt, insolvent met preferentieprocedure tussen zijn crediteuren over de kooppenningen van zijn twee huizen aan de Oudegracht met 6 kameren daarachter/nevens, een huis in de Korte Jansstraat en twee in de Geertesteeg alsmede 6 morgen land op Hoog Raven 1719"),
427 ("14 jan 1720; Willem de Meere en Willemina Viervant echtelieden, welke Willemina tevoren weduwe was van Jacobus Lab, verklaarden verkocht te hebben aan Johannes de Cruijff een huis erve en grond met de vijf kameren daarachter staande en gelegen binnen de stad Utrecht achter het Wijstraat aan den oude gracht op de noordhoek van het keisteegje of molensteegje en dat voor ene somma van 2000 gulden", HUA Not U162a003),
ook 427 (19-11-1729: Preferentieprocedure van de crediteuren van Johannes de Cruijff. Genoemd wordt een huis achter 't Wijstraat op de zuidhoek van het Molensteegje: een "bakkerije daer het Roggenbroodskind uythangt" en ook een "huysinge op den anderen hoek van het voorscreve steegje staande met de vijf kameren daaragter soo int voorscreve steegje als agter de wal")